Overslaan en naar de inhoud gaan

De Muur

Stefan van der Poel

Op 5 maart 1946 sprak Winston Churchill van een IJzeren Gordijn dat van de Baltische Zee tot de Adriatische Zee over Europa was neergedaald. Was dit gordijn nog een metafoor, met de bouw van de Berlijnse Muur in 1961 kreeg deze scheidslijn een uitermate concrete invulling.

Deze ‘anti-fascistische Schutzwall’, bedoeld dus om de socialistische heilstaat (DDR) te beschermen tegen ‘fascistische’ infiltranten uit het Westen, fungeerde in werkelijkheid als gevangenismuur om de eigen DDR-burgers binnen te houden. Het land dreigde namelijk leeg te lopen, alleen al tussen 1949 en 1961 verlieten 2,7 miljoen mensen de DDR.
Op 9 november 1989 werd de Muur ‘plotseling’ geopend en was de deling van Europa ten einde. Oost-Europa-deskundigen stonden even met de mond vol tanden, want niemand bleek dit te hebben voorzien. Met de Val van de Muur openden zich nieuwe perspectieven: een verenigd Europa, mondiale samenwerking binnen VN-verband, ontwapening. Tegelijkertijd drukte de last van het verleden zwaar op de nieuwe wegen die werden ingeslagen. Inmiddels moeten we constateren dat veel van de toenmalige euforie is verdwenen.
Twintig jaar na dato blikken we terug op de val en stellen we vast welke dromen wel en welke niet zijn uitgekomen.

Dr. Stefan van der Poel (1968) is universitair docent bij de sectie Eigentijdse Geschiedenis aan de RUG en heeft zich gespecialiseerd in Midden- en Oost-Europese Geschiedenis.

Ook in deze serie

Zie ook

Placeholder
Herman Vuijsje, Beatrijs Ritsema, Meindert Fennema, Marcia Luyten
Over de paradoxale erfenis van een decennium
Nederlands

Volgens de een legden de roerige jaren zestig van de twintigste eeuw de kiem voor de emancipatie van de vrouw, abortus, seksuele bevrijding, vergrote zeggenschap en mondige indi

Maaike Meijers
Nederlands

In M. Vasalis. Een biografie ontvouwt zich een uniek vrouwenleven in de twintigste eeuw. De dichter M.

Placeholder
Jonathan Israel
English

Some scholars believe the Enlightenment began with eighteenth-century French philosophers such as Voltaire and Rousseau, whereas others trace its origins to England and to Newto